Hué

Zaterdag 21 oktober: Hué

Vanuit Hoi An trekken we verder noordwaarts naar Hué, de oude hoofdstad en de zetel van de Vietnamese keizers. stad van de keizers. Onderweg stoppen we bij de Marmeren Bergen. Dit zijn een aantal rotsen waaruit marmer gewonnen wordt waar weer mooie beelden van gemaakt worden. De marmeren bergen zijn vooral bekend om de vele grotten waarin waarin tempeltjes staan of beelden van Boeddha's en de Lady Boeddha. Alleen in Vietnam kent het boeddhisme een vrouwelijke Boeddha, die ik erg veel vind lijken op onze heilige Maria. De grootste grotten zijn heel erg mooi maar ook hier weer allerlei gaten in het plafond door bombardementen van de Amerikanen. Het zuiden van Vietnam heeft heel erg geleden onder de Vietnamoorlog en dat zie en hoor je overal. Toch zijn de Vietnamezen niet haatdragend en willen vooral hun land weer opbouwen. Bewonderenswaardig vind ik dat. Hué is weer een grotere moderne stad gelegen aan de Parfumrivier. Genoemd naar de geur van orchideeënblaadjes die in het water vielen. In Hué zie je de eerste Franse gebouwen. Vietnam is een Franse kolonie geweest en daarom kun je hier ook croissants en baguettes kopen. In de middag bezoeken we de citadel met het keizerlijk paleis. Enkele gebouwen zijn met buitenlands geld heel mooi gerestaureerd. Het staat op de UNESCO wereld erfgoedlijst. Er moet nog heel veel gebeuren want ook hier is veel verwoest in de oorlog. Het lijkt op de verboden stad in Beijing maar dan kleiner. Binnen het complex staan het reusachtige paleis met een mooie troon, een tempel waar 9 keizers herdacht worden, 9 hele grote bronsen urnen vol met symbolische reliëfs, een muziektheater en een pagode. Heel veel pracht en praal met antieke meubels en kleden. Alles doet chinees aan maar het is net weer anders. De meeste van de 14 keizers zijn begraven in graftombes langs de Parfumrivier. De volgende dag bezoeken we eerst de graftombe van Khai Dinh(reg. 1916-1925). Om de tombe te kunnen bouwen heeft de volgende keizer, zijn zoon, de belasting met 30 % verhoogd en er is 3 jaar non stop aangebouwd. Het tegen een steile helling gebouwd en bestaat uit drie niveau's. Eerst kom je langs een plateau met manshoge wachters van zandsteen en een hele grote gedenksteen met alle noemenswaardigheden van de keizer. Op het hoogste niveau staat de tempel. Van buiten is hij al bijzonder maar van binnen is hij overweldigend. Alle wanden zijn bekleed met afbeeldingen van bloemen, vogels, tafereeltjes, versieringen en alles bestaat uit gekleurd mozaïek. Ik heb nog nooit zoiets moois gezien. Op een soort altaar staat een bronzen beeld van de keizer. Ook het altaar en daarboven het baldakijn zijn weer helemaal versierd met mozaïeken. Ik snap nu wel waar al dat geld voor nodig was. De tweede tombe( Minh Mang gestorven in 1841)die we bekijken bestaat uit een complex van 23 ha met heel veel gebouwen, tuinen en vijvers. De keizer ligt ergens begraven in een ommuurd gedeelte waar niemand mag komen. Na een heerlijk rustig tochtje over de Parfumrivier stappen we uit bij een klooster met voornamelijk jonge monniken. Aan het eind van de dag stappen we in de slaaptrein die ons naar Hanoi brengt.